Spring naar de inhoud

De terugkeer van de houten preekstoel

Elke Opglabbekenaar herinnert zich nog zeer duidelijk dat in september 2005 onze gemeenschap het 75-jarig bestaan van het nieuwe gedeelte van onze parochiekerk heeft gevierd. De leden van Glatbeke zeker niet minder. Bij die gelegenheid werd er een tentoonstelling in de Kerk georganiseerd over de werkzaamheden van de vergroting en een soort “voor en na”.
Tijdens de gesprekken over het materiaal dat zou tentoongesteld worden in de kerk, kwam ook de houten preekstoel ter sprake, die reeds decennia lang uithuizig was. Op een oude foto “van voor den oorlog” prijkt het verdwenen meubel.
(zie Opglabbeek in oude prentkaarten, deel 1, prent 7)
Hij was aangebracht tegen een zuil links voor het koor en hierdoor hadden wij reeds een idee hoe hij eruit zag.

Wij vonden hem interessant genoeg om met de zoektocht door te gaan. Wij ontdekten dat hij uit de 18de eeuw dateerde en dat hij in barokstijl was uitgevoerd.
Beetje bij beetje kregen wij het verhaal van de preekstoel op een rij en al vlug konden we de geschiedenis reconstrueren.

De kansel was in bruikleen gegeven aan de paters Montfortanen, die in Leuven de parochie van O.L.V. Middelares hadden gesticht en die verlegen zaten om zo’n meubel.
Pater Louis Moors, van Opglabbeek afkomstig en op dit ogenblik nog steeds actief in het Montfort College in Rotselaar, zou ons verder kunnen helpen.

Leo Roosen en Ivo Van Winckel maakten een afspraak met Pater Moors begin juni 2005. We vernamen dat de parochie O.L.V. Middelares heeft opgehouden te bestaan en dat het bisdom Mechelen de nieuwe eigenaar is van het gebouw en de inboedel. Via Eerwaarde heer Jan Wuyts, deken van zowel de St-Pieters als de St-Geertruikerk in Leuven, vernamen we dat de bedoelde kerk in erfpacht is gegeven aan een groep Koptische Christenen van Leuven, maar dat de geleende goederen aan de eigenaar mogen teruggegeven worden. De deken stelde voor om contact te nemen met één van de Koptische christenen, een Egyptenaar die het Nederlands vrij goed machtig is en die ons zou kunnen introduceren bij hun parochiepriester, Pater Luka El Baramoussi, die in de abdij van Chevetogne bij Ciney verblijft.
Bij onze vraag om de geschonken preekstoel terug te halen naar Opglabbeek, was hij erg verwonderd, want tot nu had niemand een geleend voorwerp teruggevraagd. De pater aarzelde, maar beloofde er met zijn kerkraad over te spreken. Enkele weken later bezochten wij hem opnieuw in Leuven, maar hij en zijn raad hadden nog geen beslissing genomen. Daarop ging hij enkele weken op vakantie in Egypte. Om ons voornemen niet te laten verwateren, stuurden we een schrijven naar Pater Baramoussi, waarop geen antwoord kwam. Het was ondertussen half augustus 2005. De voorzitter, Ivo Van Winckel, nam telefonisch contact met de heer deken Wuyts en op 8 september ontvangen we een bevestiging van de Kerkfabriek van St-Geertrui te Leuven dat de parochie Opglabbeek gemachtigd is de preekstoel op te halen.
Daarna richtten we ons schriftelijk tot pater Baramoussi met de vraag ons verzoek zo vlug mogelijk met zijn kerkraad te bespreken en wij voegden er een kopie van de brief van de heer Wuyts aan toe. Er kwam echter geen antwoord.
Achteraf bleek dat de pater gaat overwinteren in Egypte. Ook wij lieten het koude seizoen aan ons voorbij gaan .

Maart 2006. Opnieuw zocht de voorzitter Pater Baramoussi op in Leuven met de vraag wat zijn kerkraad had beslist. Het antwoord was kort: de preekstoel is een gift van de Paters Montfortanen aan de parochie, die eigenares is van het voorwerp van de eredienst en het kan bijgevolg niet teruggeven worden. Van een ontgoocheling gesproken! Opnieuw was deken Wuyts de redder in nood …..
In een schrijven met “niet mis te verstane bewoordingen” werd aan de pater duidelijk gemaakt wiens bevoegdheid de inboedel van de aan hen verpachte Kerk eigenlijk is! Van dan af ging het erg vlug. Er kwam een akkoord om ons parochiaal bezit op 30 april 2006 terug naar Opglabbeek te verhuizen.
Zo geschiedde.

Dankzij de vrachtwagen van Korage meubelen waarover we via Lambert Eygemans en zijn zoon konden beschikken en samen met enkele bestuursleden en wat extra mankracht brachten we de repatriëring tot een goed einde.

De Preekstoel zelf …..

In 1942 kreeg E.H. Rijcken een nieuwe (arduinen) preekstoel aangeboden door de parochianen omwille van zijn vijfentwintigjarig herderschap in onze parochie.
Het oude exemplaar moest plaats ruimen…..Kort nadien werd dit houten meubel uitgeleend aan een pas opgerichte parochie.
We zijn er in geslaagd om hem terug te halen en kan U hem thans bewonderen vooraan in de oude kerk.
Hij is volledig vervaardigd uit massief eik en uitgevoerd in barokstijl.
De vorm bestaat uit een zeskantige eiken kuip op houten voet, versierd met de symbolen van de vier apostelen in fraai houtsnijwerk.

De adelaar verwijst naar Johannes. Het is een hoogvliegende vogel die symbool staat voor het verheven theologisch proloog, waarmee Johannes zijn evangelie opent.


De stierenkop staat symbool voor Lucas. De stier is het offerdier bij uitstek en Lucas begint zijn evangelie met de aankondiging van de geboorte van Johannes de Doper, zoon van Zacharias, priester in de tempel.

De engel (soms ook een mensfiguur) brengt ons bij Matteüs. Het is Matteüs die zijn evangelie aanvangt met de menselijke stamboom van Jezus.

De leeuw, een woestijndier, symboliseert Marcus, wiens evangelie begint met Johannes de Doper en Jezus in de woestijn.

Het vijfde symbool is een schelp, hetgeen gezien kan worden als een verwijzing naar Jacobus de oudere. Het staat symbool voor: de pelgrimstocht (Gods volk onderweg) of de geboorte of de wedergeboorte en in die zin ook het doopsel.

De trap stamt duidelijk uit een latere periode. Waarschijnlijk stamt hij uit de periode dat hij in het Leuvense verbleef. Oudere parochianen herinneren zich dat er
‘e suurt lijerke aan stoeng’.

Over de herkomst weten we momenteel weinig.
In het gedenkboek van 75 jaar Kerkvergroting wordt gewag gemaakt van 1702…..
Molemans en Mertens (Opglabbeek een rijk verleden (1984), p.158) maakt melding van de aankoop van een predikstoel in 1674. Hij werd vervaardigd door een zekere Jan Vliegen….Dit kon hij opmaken uit de rekeningen van de Armentafel die nog bewaard zijn gebleven. Het feit dat hij door de Armentafel betaald werd, geeft aan dat de Kerkfabriek in die tijd krap bij kas zat.
Het zal nog wat zoekwerk vergen vooraleer we meer zullen weten van dit mooie authentieke meubelstuk.

Een reactie achterlaten op Anoniem Reactie annuleren